De ene monnik ging naar haar toe en vroeg wat er aan de hand was. Zij vertelde hem snikkend dat ze aan de overkant moest zijn, maar daar niet kon komen door het wassende water. De monnik sloeg zijn arm om haar heen, tilde haar op en droeg haar naar de overkant.
De andere monnik volgde. De hele verdere weg zei hij niets. Pas toen ze 's avonds laat bij een tempel aankwamen, kon hij zich niet langer inhouden en zei: 'Wij monniken hebben een belofte afgelegd dat we geen vrouw zullen aanraken, laat staan zo'n jonge en mooie vrouw te dragen. Het is vreselijk gevaarlijk je aan zulke verleiding bloot te stellen. Waarom heb je dat gedaan?'
De andere monnik antwoordde: 'Ik liet het meisje daar aan de oever, maar jij draagt haar nog steeds met je mee'."

Waar ben jij op dit ogenblik en wat 'draag' je allemaal met je mee?